Professor Carlo Cipolla doceerde onder andere aan de Berkeley universiteit en schreef een boek over stomme mensen, waarbij hij onomstotelijk duidelijk maakte dat het feit dat mensen stom zijn niets met hun intelligentie te maken heeft. Wel werd mij bij het lezen van dit artikel duidelijk dat hoe intelligenter stomme mensen zijn, hoe gevaarlijker ze vaak kunnen zijn.
De 5 basiswetten van menselijke stomheid
1. Altijd en onvermijdelijk onderschat ieder van ons het aantal stomme individuen in de wereld
Dat er stomme mensen in de wereld zijn is algemeen bekend. Maar Cipolla was ervan overtuigd dat we hun aantal en invloed in ons leven en in de maatschappij onderschatten. Hij stelde dat “elke numerieke schatting een onderschatting zou blijken te zijn.”
Het is genoeg om bijvoorbeeld te denken aan die mensen die wij als intelligent hebben bestempeld, maar die zich plotseling dwaas en stompzinnig beginnen te gedragen. Of het is genoeg de straat op te gaan om te zien hoeveel mensen er op staan ons te hinderen, om geen andere duidelijke reden dan stomheid.
2. De waarschijnlijkheid dat een bepaald persoon stom is, is onafhankelijk van enig ander kenmerk van diezelfde persoon
Cipolla was ervan overtuigd dat stupiditeit een ander kenmerk was, zoals blond haar of zwarte ogen. Daarom is het in alle kringen van de maatschappij in min of meer gelijke mate verdeeld. Hij haalt een studie aan over het niveau van stomheid in de vier grote lagen waaruit de universiteiten bestaan: pedellen, werknemers, studenten en docenten. In deze analyse werd vastgesteld dat de verdeling van stomheid uniform was, ongeacht de mate waarin we opklommen in het opleidingsniveau.
“Of je nu elegante kringen praktiseert of je toevlucht zoekt bij de Polynesische koppensnellers, jezelf opsluit in een klooster of besluit de rest van je leven door te brengen in gezelschap van mooie vrouwen, het feit blijft dat je altijd te maken krijgt met hetzelfde percentage stomme mensen”, concludeerde hij.
3. Een stom persoon is iemand die een andere persoon of groep schade berokkent zonder tegelijkertijd een voordeel voor zichzelf te behalen of zelfs zichzelf schade toebrengt
Cipolla beschouwde stomheid niet als een kwestie van intellectueel quotiënt, maar eerder als een gebrek aan relationele intelligentie. Hij ging uit van het idee dat we in relatie tot elkaar voordelen kunnen behalen voor onszelf en voor de anderen of, integendeel, schade kunnen berokkenen aan onszelf en aan de anderen. Een stom persoon is iemand die de anderen en ook zichzelf schade berokkent.
Zijn gedrag is irrationeel en moeilijk te begrijpen, maar het is waarschijnlijk dat u zich meer dan één persoon herinnert die uw weg blokkeerde en moeilijkheden, frustraties en vooroordelen veroorzaakte, zelfs als hij er helemaal niets mee opschoot. Volgens zijn theorie van de menselijke stomheid “zijn er mensen die met hun onwaarschijnlijke daden niet alleen schade toebrengen aan andere mensen, maar ook aan zichzelf. Deze mensen behoren tot het superstomme genre”.
4. Niet-stomme mensen onderschatten altijd het schadelijk potentieel van stomme mensen
Volgens Cipolla vergeten we voortdurend het gevaar dat stomme mensen vormen. Hij zegt dat “stomme mensen gevaarlijk en ongelukkig zijn omdat redelijke mensen het moeilijk vinden om zich stom gedrag voor te stellen en het te begrijpen”.
Over het algemeen worden we door hun aanval verrast en zelfs als we er last van hebben, vinden we het moeilijk om een rationele verdediging te organiseren omdat de aanval zelf rationaliteit ontbeert. Door hun macht te onderschatten, blijven wij kwetsbaar en dus overgeleverd aan hun onvoorspelbaarheid.
Zweedse feministe weigerde asielzoeker aan te geven die haar 12-jarige dochter had aangerand
Wij kunnen ook in de fout vervallen te denken dat een stom persoon alleen zichzelf kan kwetsen, dat wij immuun zijn voor zijn daden, maar door zo te denken, verwarren wij naïviteit met stupiditeit en, gelovend dat wij onkwetsbaar zijn, verlagen wij onze verdediging.
5. De stomme mens is de gevaarlijkste mens die er bestaat
“Alle menselijke wezens zijn opgenomen in vier fundamentele categorieën: de naïeve, de intelligente, de slechte en de stomme […] De intelligente persoon weet dat hij intelligent is. De slechte is zich ervan bewust slecht te zijn. De naïeveling is pijnlijk doordrongen van het besef van zijn eigen openhartigheid. In tegenstelling tot al deze personages, weet de stomme niet dat hij stom is. Dit draagt ertoe bij dat zijn verwoestende actie krachtiger, ingrijpender en doeltreffender is. De stommeling wordt niet geremd door zelfbewustzijn”, schreef Cipolla om de laatste fundamentele wet van de menselijke stommiteit te schetsen.
Hij waarschuwt ons ook dat:
“Sommige stomme mensen veroorzaken meestal slechts beperkte schade, maar er zijn anderen die verschrikkelijke schade aanrichten, niet alleen aan één of twee individuen, maar aan gemeenschappen of hele samenlevingen. Het vermogen om schade te berokkenen van een stom persoon hangt af van de […] positie van macht of autoriteit die hij in de samenleving bekleedt.”
Hoe bescherm je jezelf tegen menselijke stupiditeit?
“Intelligentie en stomheid zijn niet het tegenovergestelde van elkaar, noch is stomheid het gebrek aan intelligentie, maar intelligentie is het product, min of meer onsuccesvol, van een voortdurende reeks pogingen om de stomheid te overheersen, of eraan te ontsnappen, die alles wat menselijk is, uitmaakt”, schreef Matthijs Van Boxsel.
Naast het etiketteren van mensen, is het belangrijk om de risico’s te begrijpen die stommiteit inhoudt. Eigenlijk kunnen we ons allemaal stom gedragen, als we de reikwijdte van onze daden of woorden niet meten. Als we geen kritisch denken ontwikkelen en de nodige introspectie uit het oog verliezen, kunnen we het slachtoffer worden van stommiteit, eronder lijden of ze uitoefenen.
Een zeer interessante studie, uitgevoerd aan de Eötvös Loránd Universiteit, geeft ons andere aanwijzingen om tot zelfbewustzijn te komen, waarbij de 3 oorzaken van menselijke stommiteit worden vastgesteld:
1. Ignorantie of overmoed. Dit zou de hoogste graad van stommiteit zijn en komt voor bij mensen die risico’s van welke aard ook nemen, hoewel zij de vaardigheden of kennis missen die nodig zijn om ze het hoofd te bieden.
2. Gebrek aan controle. Het is een gemiddelde graad van stomheid die overeenkomt met impulsieve mensen, die geen zelfbeheersing hebben en zich laten meeslepen door de eerste de beste impuls.
3. Afleiding. Het zou de geringste graad van stommiteit zijn, die zich manifesteert bij degenen die er niet in slagen iets te bereiken omdat ze niet opletten of niet voldoende middelen inzetten, waardoor ze nutteloos worstelen.
Bronnen:
Acze, B. et. Al. (2015) What is stupid? People’s conception of unintelligent behavior. Intelligence;53: 51-58.
Cipolla, C. M. (1988) Allegro ma non troppo.Barcelona: Crítica.
Zie meer hier: psychology-spot.com