In april van dit jaar komt mijn nieuwe sciencefictionroman uit bij dezelfde uitgever waar ook mij eerste en tweede roman uitkwamen: Schrijverspunt. Om u als lezer alvast voor te bereiden schreef ik een inleiding die ik ook hier publiceer.
Waarde lezer, vanzelfsprekend ben ik blij dat u mijn boek – het derde overigens alweer – ter hand heeft genomen. Misschien is het handig als ik u eerst even vertel wat voor soort schrijver ik ben. Ik ben namelijk een sciencefictionschrijver. Het grootste deel van wat ik schrijf berust dus op wetenschapsfantasie, in het geval van dit verhaal medische wetenschapsfantasie. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat geen enkele van mijn fantasieën ooit werkelijkheid wordt, want ik houd ervan om dingen zo te beschrijven dat je al lezend kunt denken dat het helemaal niet zo gek is als later blijkt dat ik dicht bij de werkelijkheid zat toen ik dit schreef.
Ik wil in mijn gefantaseerde werkelijkheid natuurlijk graag een belevingswereld creëren die wereldwijd om oplossing schreeuwt. Wees bij het lezen er echter van bewust dat ik u probeer mee te nemen in mijn gedachten, in mijn fantasieën en dat het veilig is ervanuit te gaan dat mijn beschreven werkelijkheid virtueel is.
Maar misschien denkt u wel: ‘dat kun je nu wel zeggen beste fantast, maar als ik dit verhaal lees dan krijg ik toch een heel ander gevoel. Neem nou die hele uitleg over die telomeren. Dat is toch gewoon echt, dat is toch gewoon uit de medische encyclopedie overgeschreven?’ Ik moet toegeven dat u daarin gelijk hebt. Sterker nog, er zijn verschillende medici en farmaceuten op de wereld die in feite met het enzym telomerase bezig zijn.
Wat ik in de tegenwoordige tijd heel betreurenswaardig en zelfs misdadig vind is dat een bepaalde vorm van dit enzym gebruikt wordt om kweekvlees te maken. Ik voel mij verplicht om daar het volgende van te zeggen: dat kweekvlees is gebleken et dat. Hij hoort namelijk bij de miljardairs die medisch allerlei schadelijke dingen bedenken omdat ze vinden dat de wereldbevolking nodig moet krimpen. Klinkt niet gezellig toch?
Wat ik maar zeggen wil: niet alles wat u leest en waarvan u denkt dat het wel echt lijkt berust op louter fantasie. Ik probeer steeds verhalen te schrijven die eigenlijk al bijna best waar zouden kunnen zijn.
Goed, dan mijn wereldbeeld om mee te beginnen, zodat het erop volgende verhaal wel een passend vervolg kan zijn: De onzekere tijden waarin we op dit moment leven geven helaas geen vanzelfsprekend uitzicht op een zonnige toekomst. Voor veel mensen is er zelfs geen vanzelfsprekende gezonde toekomstverwachting. Het ondenkbare feit heeft zich in de echte en in mijn gefantaseerde werkelijkheid voorgedaan dat de economisch machtigen klaarblijkelijk hebben besloten dat er in de eerste plaats teveel van ons zijn en dat wij in de tweede plaats veranderd moeten worden. Zoals we nu zijn, een betrekkelijk eigenwijs volkje dat het grootste belang hecht aan de eigen consumptiemogelijkheden, zijn we voor de wereldelite – die in wezen, op enkele zeer kwalijke uitzonderingen na, dezelfde drijfveren heeft als wij – niet nuttig.
Ja, en dan komen er in dit verhaal ineens twee geniale farmaceuten voor die zich hun hippocratische eed zijn blijven herinneren en die werkelijk hun werk in dienst van de mensheid doen en niet slechts om de winst. Ik schreef het al, het is natuurlijk fantasie. Die twee worden in hun nobel streven op begrijpelijkerwijze in de eerste plaats in de wielen gereden door hun financiële mededirecteur.
Het prachtige product dat door hen ontwikkeld werd is een middel waardoor wij heel veel langer kunnen leven. Nou ja, zeg eerlijk, dat zouden we misschien allemaal wel willen.
Werd er in veel van de verhalen uit vroeger tijden niet vaak gesproken over het levenselixer dat met behulp van de steen der wijzen – wat dat dan ook was – bereid kon worden en waarmee de mens eeuwig jong en gezond zou kunnen leven.
Veel van deze verhalen komen, evenals veel religieuze verhalen voort uit onbegrepen waarnemingen door totaal gebrek aan kennis betreffende technisch kunnen van onbegrepen anderen.
In dit verhaal probeer ik voort te fantaseren op werkelijke feiten aangaande de biologische kennis over de manier waarop ons lichaam zich steeds vernieuwt door de celdeling waardoor oude cellen vervangen worden. Dit proces is echter gelimiteerd, waardoor cellen niet meer vervangen worden met als gevolg dat we op een gegeven moment verouderen en tenslotte sterven.
Het sleutelwoord is hier als eerder boven genoemd “Telomeren” Wat dat zijn?
Begin maar bij hoofdstuk 1.
Peter P. van Oosterum Mei 2023